Afgelopen dagen zijn we bezig geweest met het hooien van een laatste stuk gras en rietland op de Groote Ven.
Wellicht heeft u dat gezien en zich daarna afgevraagd waarom het maaisel in het water werd gegooid i.p.v. netjes af te voeren en aan de koeien of schapen te voeren. Is het een vorm van luiheid of weerzin tegen het extra werk of had het een speciale reden.
Hopen hooi in het water van de Groote Ven
Het is het laatste. Doordat het maaisel langzaam verteerd in het water komt het water vol met voedingsstoffen waar de larven van allerlei insecten die in het water opgroeien zich mee voeden. Als deze insecten dan in het voorjaar verpoppen en als mugje of wat dan ook uit het water kruipen zijn ze weer voer voor de vogels. Dat het maaisel ook op deze manier verwijderd wordt heeft ook nog als voordeel dat de grond verarmt wat weer gunstig is voor de biodiversiteit van de plantensoorten die daar groeien, want hoe armer de grond hoe rijker het groen. Dit hoekje wordt ook later gemaaid dan de rest van de weide, juist vanwege de rijkdom aan zeldzame soorten die hier groeien. Doordat er gewacht wordt met maaien krijgen deze planten de kans om zaad te vormen en uit te strooien waardoor de soort hier in stand blijft. Ook wordt het stukje afgeschermd met schrikdraad om de koeien en schapen hier tot die tijd uit weg te houden om voornoemde reden.
Her maaien en bij elkaar harken van het gras en riet.