Wie in het voorjaar de pulletjes van weidevogels, en vooral van de kievit en tureluur, wil zien doet er verstandig aan in de greppels van het weiland te speuren. Greppels waren nog niet zo lang geleden voor boeren het middel om overtollig water naar de sloot af te voeren. Vandaag de dag hebben boeren, onder meer door drainage, geen greppels meer nodig en worden deze vaak gedempt om met grotere machines het land te kunnen bewerken.
Voor weidevogels zijn greppels echter een essentieel onderdeel om de pulletjes te laten opgroeien.
Ieder pulletje heeft per dag 6.000 tot 10.000 insecten nodig. Daarom zie je iedere pul bij goed weer de hele dag om zich heen pikken. Grutto-jongen concentreren zich daarbij vooral op de insecten op en rond bloemen. Kieviten en tureluurs focussen zich daarentegen vooral op de modderige slikrandjes van plas-drasgebieden en greppels. Daar vinden ze de nodige insectjes voor hun voortbestaan.
De vrijwilligers van De Hooge Weide letten daarom in de broedtijd vooral op waterstanden. Het geheel van pompen, molens en stuwen is het middel om overal op de landen genoeg water te krijgen.
Nu in deze tijd van het jaar moeten we er vooral voor zorgen dat er in dat systeem van watervoorzieningen geen belemmeringen optreden. We controleren daarom nu alle greppels en laten deze waar nodig door de met ons samenwerkende boeren opnieuw uitfrezen. Ook worden straks alle ondergrondse buizen doorgeprikt om volgend broedseizoen onze pullen van voldoende voedsel te kunnen voorzien.
kievit-pulletjes